Bladz. CXXX. Willem III aan Heinsius 4 Maart/22 Febr. 1695. 136 Onderhandelingen van van Weede. Straatsburg. Te Weenen kunnen de onderhandelingen niet gevoerd worden. CXXXI. Heinsius aan van Weede van Dijkvelt. 1 Maart 1695. 137 De houding te Weenen. De Franschen willen van Weede buiten alles honden. CXXXIV. Heinsius aan van Weede van Dijkvelt. 1 April 1695. 139 Mollo is oorzaak dat men van Weede buiten de onderhandeling wil houden. CXXXV. Willem III aan Heinsius .. 26 Maart/5 April 1695. 139 Hetzelfde onderwerp. Toorn tegen Mollo. CXXXVI. Heinsius aan van Wecde van Dijkvelt. 5 April 1695. 140 Hoe te handelen tegenover de Burgemeesters van Amsterdam. CXXXVII. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsius. 7 April 1695. 141 Hetzelfde onderwerp. CXXXVIII. Willem III aan Heinsius 24 April/4 Mei 1695. 141 Samenkomst van van Weede met Fransche agenten te Utrecht. CXXXIX. Rélation d'une conférence tenue à Vienne. 5 Avril 1695. 141 Men kan het niet eens worden over de twee grondslagen voor de CXLII. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsius. 1 Julij 1695. 147 Over vroegere cischen voor een barrière. 12 Juli 1695. 150 Beschouwingen van Willem III over de conferentie met de Callières. CXLIV. Willem III aan Heinsius Overleg om een middenweg te vinden tusschen de traktaten van CXLVII. Heinsius aan van Weede van Dijkvelt. 3 Aug. 1695. 152 Bladz. CXLVIII. Van Hecckeren aan Heinsius 2 Juillet 1695. 154 Geschenken in geld aan Zweedsche ministers. Frankrijk wil geen vrede. Het lot van al de geallieerdeu hangt af van het leven van Willem III. Beloften in geld te doen aan de Ministers. CLII. Als boven. 13 Aoust 1695. 156 16 Aug. 1695. 157 Geruchten van afzonderlijken vrede. Prijst den Graaf Caunitz. Voor Straatsburg en luxemburg zal geen equivalent worden aangenomen. Vraagt inlichtingen over het Hof te Weenen. CLIII. Heinsius aan van Heeckeren. . 27 Aug. 1695. 159 Men moet eischen dat de Koning van Zweden hulp geeft aan de bondgenooten, als de Fran:chen den grondslag voor den vrede weigeren. Hij mag 20 000 kroonen beloven aan de Ministers. Gesprek met Lilienroot. 6 Sept. 1695. 161 CLIV. Als boven. . Bericht hem de overgave van het kasteel van Namen. CLV. Heinsius aan van Weede van Dijkvelt 31 Aug. 1695. 162 Voorstel van voorbereidende conferentie voor den vrele tusschen afgevaardigden van Engeland, de republiek, den Keizer en een Franschen agent. Daarna alles op een congres te brengen. CLVII. Heinsius aan van Heeckeren. De beloofde hulp van Zweden. Het is beter den oorlog krachtig voort te zetten, als men het met den Keizer toch niet eeus kan worden. CLVIII. Mollo aan de Callières. Over het equivalent voor Luxemburg. CLX. Als boven. CLXI. Als boven. Hetzelfde onderwerp. CLXII. Borcel aan de Callières Hetzelfde onderwerp. CLXIII. Van leeckeren aan Heinsins Men gelooft te Parijs dat de bondgenooten geen vrede willen. CLXIV. Lord Lexington en van Heemskerck aan Bezwaren te Weenen tegen het voorstel eener geheime onderhandeling. Men moet eerst overeenkomen wat voor Spanje en Lotharingen moet geeischt worden. CLXVI. Willem II aan Heinsius 15/25 Nov. 1695. 171 19/29 Nov. 1695. 172 29 Nov./9 Dec. 1695. 172 CLXXI. Heinsius aan van Weede van Dijkvelt. 1 Jan. 1696. 174 Hetzelfde onderwerp. CLXXII. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsius. 3 Jan. 1696, 174 Hetzelfde onderwerp. CLXXIII. Heinsius aan van Weede van Dijkvelt. 10 Jan. 1696. 175 Hetzelfde onderwerp. CLXXIV. Als boven . 27 Jan. 1696. 175 Gunstig antwoord van de Callières. 29 Jan. 1696. 176 Van de onderhandelingen te zamen met een Keiz agent komt niets. CLXXV. Als boven CLXXVI. Als boven 3 Febr. 1696. 176 Een nieuwe bijeenkomst met de Callières is noodig. Oproer te Amsterdam. CLXXVII. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsius. 5 Febr. 1696. 177 Over nieuwe voorstellen aan Frankrijk te doen. Brandenburg wil wel dat de oorlog nog wat duart. CLXXVIII. Heinsius aan van Weede van Dijkvelt. 14 Febr. 1696. 178 Nadere geheine besprekingen met Callières zijn noodig. CLXXIX. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsius. 15 Febr. 1696. 179 Men moet positieve verklaringen van Frankrijk nitlokken. CLXXX. Als boven. Landing in Engeland. CLXXXI. Willen III aan Heinsius .. 31 Jan./10 Febr. 1696. 180 Onderhandelingen met de Callières. Klachten over Graaf Kiusky. Men moet zeer voorzichtig zijn, om niet door de Franschen bedrogen te worden, Over een landing in Engeland. Bladz. CLXXXIV. Van Hecckeren aan Heinsius . 28 Jan. 1696. 181 De Zweden willen hulptroepen geven. Over geldgeschenken aan de Ministers. Over de samenzwering tegen het leven van Willem III. CLXXXVIII. Van Heeckeren aan Heinsius CLXXXIX. Heinsius aan van Heeckeren . 28 Mars 1696. 184 24 Mars 1696. 185 d'Avaux regeert het geheele Hof van Zweden. Oxenstjern alleen is goedgezind. Men toone echter een goed gelaat. Honding van Denemarken. Frankrijk zoekt oorlog tusschen Denemarken en Zweden te verwekken. 2 Mars 1696. 186 De Franschen doen nieuwe aanbiedingen. CXCI. De Callières aan Heinsius Het equivalent voor Luxemburg moet eerst afgedaan worden. Bezwaren tegen samenkomst met een Keizerl. Minister. Conferenties met de Callières Heeckeren moet niet meer aandringen op hulp van Zweden. CXCVI. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsius. 7 Mei 1696. 189 Straatsburg. Te Weenen wil men niet onderhandelen. CXCVIII. Boreel aan Heinsius 15 Juni 1696. 193 1 Juni 1696. 194 Bladz. CCI. Lord Levington en van Heemskerk aan Heinsius. 5 Mei 1696. 196 Men wil nu te Weenen bij Zweden aandringen om van de Franschen te eischen, det zij den grondslag der vredestraktaten van Munster en Nijmegen aannemen zonder uitzondering. CCII. Willem III aan Heinsius Afzonderlijke vrede van Savoye. CCIII. Als boven. . 24 Juni 1695. 197 Straatsburg en Lotharingen. Men moet den vrede trachten te sluiten. Lelienroot doet vele beloften. Men kan niet vertrouwen op de toezegging van Zweden. CCVIII. Burgemeesters van Amsterdam aan Heinsius 22 Juni 1696. 200 Dringen aan op vrede. CCIX. Willem III aan Heinsius. De voorstellen uit Weenen. CCX. Als boven. CCXI. CCXII. Neutraliteit in Italie. Vredesvoorstellen. Klachten van Amsterdam. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsins 19 Juli 1696. 204 CCXIII. Willem III aan Heinsius . Klachten over Amsterdam. Neutraliteit in Italie. CCXV. Over de Torcy en de Croissy. Hun genegenheid voor Heinsius. CCXVI. Van Weede van Dijkvelt aan Heinsius. 13 Aug. 1696. 206 De Koning heeft den Keizer uitgenoodigd tot een vredescongres te komen en Zweden om als mediateur te fungeren. CCXVII. Heinsius aan van Heeckeren. De Fransche vredesvoorwaarden. Geschillen met de Keiz. regeering over de mediatie van Zweden. CCXVIII. Willem III aan Heinsius. Men moet in den Haag het geheele vredestraktaat in hoofdpunten vaststellen. De Franschen trekken achteruit. |